Muziek is maar moeilijk meetbaar. En de vraag hoe invloedrijk een band of liedje is, is al helemaal lastig te beantwoorden.
Maar niet onmogelijk, dachten vier Britse wetenschappers onder leiding van computerwetenschapper Matthias Mauch, verbonden aan de Londense Queen Mary-universiteit.
1986 was het meest eentonige jaar in de popmuziek, volgens de onderzoekers
Dat de popgeschiedenis van de niet-wetenschappelijke anekdotiek aan elkaar hangt was deze muziekminnende statistici een doorn in het oog, vandaar dat ze cijferkunde loslieten op vijftig jaar popmuziek. Voor hun vandaag op Royal Society Open Science gepubliceerde paper 'The Evolution of Popular Music: 1960-2010' hebben ze 17.000 nummers uit de Amerikaanse Billboard Top 100 geanalyseerd, waarbij wetenschappelijk muziekrevoluties zijn aangetoond en tevens een paar mythes uit de popmuziek zijn ontkracht.
Voor Beatles-fans is het vermoedelijk pijnlijk om te lezen dat hun geliefde Fab Four helemaal niet zo invloedrijk blijken als gedacht. Volgens de mythe ontketende hun 'I Want to Hold Your Hand' vanaf 1964 de Britse invasie van de Amerikaanse hitlijsten, maar de daadwerkelijke veranderingen in muziekstijlen waren in de jaren ervoor al in gang gezet. Analyse van tientallen criteria zoals 'dominante sus7-akkoorden', 'energieke zang' of 'oh-oh-uitroepen' toont aan dat de Stones en The Beatles weliswaar flink bijdroegen aan de trend, maar geenszins trendsettend waren.
Drie revoluties
Een andere mythe is die van de revoluties in de popmuziek - zoals het bovengenoemde jaar 1964. De wetenschappers zagen meer plotselinge klankveranderingen in de hitlijsten. Ze vonden een kleine revolutie in 1983 (de komst van disco en hardrock in de hitlijsten) maar een veel belangrijkere in 1991: de doorbraak van hiphop, die volgens de onderzoekers de (Amerikaanse) hitlijsten in de twee decennia erna het meest heeft gekleurd. Waarmee Mauch en zijn team rapmuziek dus invloedrijker noemen dan The Beatles.
Ook is popmuziek beslist niet eenvormiger geworden, tonen de onderzoekers aan. Wel zien ze 1986 als het meest eentonige jaar in de popmuziek - dat jaar werd het gebruik van een van de eerste simpele drumcomputers gemeengoed.
Maar gaat muziek niet over gevoel, in plaats van over cijfers? Ook in dit wetenschapsveld duurde het niet lang voor er een kwalitatieve reactie kwam op de kwantitatieve aard van het onderzoek. Zo reageerde Mike Brocken, coördinator van de Beatles-masteropleiding aan de Liverpool Hope University in The Guardian gekrenkt dat je muziek natuurlijk niet op deze manier kunt meten. "Popmuziek gaat om meer, om receptie, om de politieke situatie, om subculturen. The Beatles communiceerden met mensen, of ze dat nu in een a-mineur of een A-majeur deden maakte geen enkel verschil."
(Bron: Trouw/ Joris Belgers)
Reacties
RSS lijst met reacties op dit artikel