Havana, Cuba (CNN)
Het is een frisse, zonnige ochtend als de buslading toeristen uitstapt voor het John Lennon Park in Havanna. Dat is het sein voor Aleeda Rodriguez Pedrasa. Ze springt tevoorschijn vanonder de schaduw van een dichtbijstaande boom en haast zich naar het bronzen beeld van de Beatleslegende, onderwijl in haar tas zoekend naar een bril. Ze plaatst hem snel op de neus van John Lennon, enkele seconden voor de eerste toerist inzoomt voor een foto. Padrasa heeft een van de ongewoonste banen in Cuba: zij moet op Lennons bril passen. Voor deze baan betaalt de overheid haar 245 peso’s (zo’n € 230) per maand, meer dan wat veel andere Cubanen verdienen. “Ik werk hier nu twee jaar”, zegt de 72-jarige Padrasa.
 
collage
Toen en nu
Cuba heeft een interessante relatie met John Lennon. In 1964 deed de toenmalige leider Fidel Castro de muziek van de Beatles in de ban, als onderdeel van zijn strijd tegen het westerse kapitalisme. Maar de band was een megasucces toen en singles van hun liedjes werden het eiland binnengesmokkeld. “Hij was erg geliefd in de jaren ‘70”, zegt Padrasa. “Hij was erg geliefd en de mensen luisterden naar zijn muziek, maar het was niet toegestaan.” Jaren later, toen Lennon politiek getinte liederen zong, bekritiseerde hij de bemoeienis van de VS in het buitenland. Dat maakte hem geliefd bij Castro. En in 2000 – op 8 december, de dag dat het 20 jaar geleden was dat Lennon werd doodgeschoten – onthulde Cuba dit bronzen standbeeld. Hij zit op een parkbankje, met lange haren en een bril. Het stelen begon niet lang daarna. Elke keer als zijn bril werd gestolen zorgde de overheid voor een nieuwe bril. Die weer werd gestolen.
 
Blijf bij me
Ongeveer twee jaar geleden werd Padrasa’s eigen bril gestolen van het Lennon-standbeeld. “Dat was mijn bril”, zegt Padrasa, “maar ik lette niet op en toen ik me omdraaide was hij verdwenen.” Nadat er nog een bril werd gestolen besloot de Cubaanse overheid om Padrasa in te huren als bewaker van de bril. Op de tegels onder het standbeeld staat de liedtekst van Lennons ‘Imagine’. “Ik heb daar zo vaak naar geluisterd”, zegt Padrasa. En dan lacht ze en zingt zachtjes: “You may say I'm a dreamer, but I'm not the only one."
 
(Vert: Linda Weller)